Tarwe kennen we allemaal. Het komt dagelijks bij ons op tafel in velerlei variaties. Maar je kunt met tarwe ook iets heel anders doen, namelijk: strovlechten.
Strovlechten is een oude ambachtelijke kunstvorm waarmee van stro allerlei oogstsymbolen en andere sierlijke vlechtwerken gemaakt kunnen worden. Door middel van een klein aantal basistechnieken kun je allerlei mogelijke vormen maken.
We beginnen bij de weg die het tarwezaadje aflegt totdat de tarwe gebruiksklaar is om te vlechten. Voor het strovlechten kan zowel stro van zomer- als wintertarwe gebruikt worden. Meestal wordt zomertarwe gebruikt omdat dit minder stug is. In februari wordt de tarwe gezaaid. Voorlopig krijgt de tarwe die we gebruiken om te vlechten dezelfde behandeling als tarwe die verbouwd wordt voor consumptieproducten. Dit houdt in dat de tarwe eind mei/begin juni bespoten wordt met een bestrijdingsmiddel tegen luizen en meeldauw (een schimmel). Er is echter een verschil: de tarwe om te vlechten wordt niet bespoten met CCC (cycocel), een halmverkorter. Voor de andere tarwe is dit nodig, omdat de lange halmen anders niet door de combine kunnen. Om te vlechten hebben we juist zo lang mogelijke halmen nodig. Ongeveer eind juli wordt de tarwe met de hand gesneden en in de schuur te drogen gehangen of gelegd.
Knippen net boven de ‘knoop’ |
Het blaadje kunnen we nu zo van de steel afschuiven, de steel is klaar om me te vlechten! |
Wanneer de tarwe goed droog is moet ze ‘geschoond’ worden. De halm wordt dan net boven het eerste bobbeltje – knoop – afgeknipt. Nu kunnen we de tarwe gaan sorteren. We kijken naar de dikte van de halmen (belangrijk voor bijvoorbeeld spiraalvlechtwerk) of we kijken naar de lengte van de aren (belangrijk voor bijvoorbeeld de tienvlecht). Als de tarwe gesorteerd is, gaat het ongeveer 2 uur in een lauwwarm bad. De tarwe is nu lekker soepel en gebruiksklaar. Om er voor te zorgen dat de tarwe tijdens het verwerken niet opdroogt, en uiteindelijk breekt, houden we het vochtig in een goed natte handdoek.
Wanneer we deze voorbereiding hebben afgerond, is de tijd aangebroken om de daadwerkelijke vlechtwerken te kunnen creëren. De basistechnieken die hiervoor gebruikt kunnen worden, zullen later hier besproken worden.Bent u geïnteresseerd geraakt in deze kunstvorm en zou u het zelf ook eens willen proberen? Wij bieden workshops strovlechten aan, aan huis of op locatie. In een workshop maakt u in één les een waaier (1) of een hartje (2). Ook kunt u een cursus van vier lessen volgen: dan maakt u naast de waaier en het hartje (twee zogenaamde platte vlechten) ook een zwaantje (3) en een lantaarntje (4, beiden van een zogenaamde 3D vlecht). In vogelvlucht hebben we dan na deze vier lessen een basis gelegd die uitgebreid kan worden met een vervolgcursus en misschien het begin kan zijn van een bijzondere en leuke hobby!
(1) Waaier |
(2) Hartje van visgraatvlecht |
(3) Zwaantje |
(4) Lantaarntje |
..